Uitgelezen?! januari 2021
Lezen in clubverband
In de coronatijd, die nog wel even gaat duren, is lezen een plezierige bezigheid gebleken. Veel andere bezigheden en activiteiten zijn tijdelijk niet mogelijk. Om ook in de post-coronale tijd het lezen toch aan te houden, raad ik aan bij een leesclub te gaan en als die vol is, er dan zelf een op te richten. Er zijn veel actieve leesclubs, dus vraag het na en kijk het af. Een leesclub is een groepje mensen, dat samen hetzelfde boek leest en dat vervolgens samen bespreekt. Alleen Nederlandstalige literatuur, of ook naar het Nederlandse vertaalde literatuur, literatuur in de oorspronkelijke taal, of alleen thrillers of boeken over bijvoorbeeld filosofie. Ik ben bij twee leesclubs. Samen kiezen we de boeken uit boekenlijsten. Uit de ene, samengesteld door Stichting Senia, Nederlandse, Vlaamse en naar het Nederlands vertaalde literatuur en uit de andere lijst, samengesteld door de Leesclub Shop van Bibliotheek Dommeldal, alleen Nederlandse en Vlaamse literatuur.
Wat een leeskring biedt? Je moet een boek lezen om mee te kunnen praten. Je leest soms ook een boek dat je anders, om welke reden ook, niet zou lezen. Vreemd? Nee hoor! Van alle boeken kun je leren. Bijvoorbeeld, om een boek goed of slecht te vinden, moet je het eerst lezen. Er is meer, maar daarvoor haal ik Harry Mulisch, toch niet de minste, aan: ‘Niet de schrijver, de lezer moet fantasie hebben. De lezer is niet de toeschouwer van een toneelstuk, maar de acteur die alle rollen uitbeeldt. De lectuur is zijn hoogste eigen creatie. De schrijver levert de tekst maar een artistiek werkstuk wordt het pas door het talent van de lezer.’
We kunnen het er over eens zijn, dat niet iedereen over de zelfde mate aan fantasie beschikt. Hoeft ook niet. Wanneer je met enkele mensen samen hetzelfde boek leest, dan haalt eenieder daar naar haar ‘vermogens’, gebruikmakend van haar fantasie, het hare uit. Ik zeg hier uitdrukkelijk ‘haar’ en ‘hare’, omdat leeskringen nu eenmaal grotendeels uit lezeressen bestaan. Wanneer iedereen haar ‘fantasie-vermogens’ inzet bij het lezen van hetzelfde boek en men bespreekt vervolgens elkaars ervaringen, dan wordt er op basis van alle die persoonlijke ervaringen samen ‘optimaal’ uit dát boek gehaald ‘wat er in zit.‘ Wat de schrijver er in heeft willen leggen, maar soms ook dingen waarvan de schrijver zich (zelfs) niet bewust is, dát hij die erin gelegd heeft. Hiermee doen we dan een schrijver alle eer aan, die hem of haar toekomst en maken we van ‘een boek een artistiek werkstuk’.
Niet zelden antwoordt een lezeres bij de bespreking van een boek op de eerste rondvraag: ‘Wat vind je van dat boek?’, heel stellig iets in de trant van: saai; simpel; doet me niks; vertelt me niets nieuws; ik heb me er doorheen geworsteld; ik heb me moeten dwingen; ik ben blij dat ik het uit heb.’ Wanneer die lezeres daarna luistert naar hoe andere datzelfde boek gelezen en benaderd hebben, op zich in hebben laten werken, hun fantasie erop losgelaten hebben, ermee omgegaan zijn, dan gebeurt het niet zelden dat die ene lezeres aan het einde van de bespreking, zegt: ‘Goh, ik heb (toch) een goed boek gelezen!’
Ik weet niet, of een leeskring niet-lezers aan het lezen kan krijgen. Wat ik wel weet is, dat een leeskring lezers kan leren anders, wellicht beter te lezen, meer uit een boek te halen, meer van een boek te genieten. En. …. Zeker óók niet onbelangrijk, leesclubleden zijn over het algemeen gezellige mensen. En zeg eens, voetballen bij een voetbalclub op een voetbalveld is toch uitdagender dan buiten een balletje tegen een muurtje trappen. Toneelspelen bij een toneelvereniging is toch leuker dan thuis een rol uit je hooft leren en die bin je eentje bij de keukentafel declameren? Wandelen bij een wandelclub samen met anderen is toch gezelliger en meer ontspannen dan in je uppie langs Gods wegen te gaan ….? Of niet dan …..? Dat is samen een boek lezen dus ook …….!
Jan Thijssen (Bestuurslid Literair Café Venray)