Uitgelezen?! maart 2020
Inmiddels zal iedereen het Boekenweekessay ‘Generaal zonder leger’ van Özcan (Eus) Akyol, gelezen hebben en zich er het zijne van denken en vinden. Houd je vooral niet in! Doet Eus ook niet. Die leest collega-schrijvers, recensenten, literatuurwetenschappers, docenten en studenten Nederlands en boekverkopers óók danig de les. Maar, op grond waarvan? Van zijn literaire productie? Die is (nog) té bescheiden en (nog) té middelmatig. Het steevaste antwoord op de vraag: Waar ken je Eus van? Oh, van de televisie, zegt waarschijnlijk meer.
Ik vind ook iets van Özcan. Hij gaat in zijn essay wel stevig uit en té kort dóór de bocht, wanneer hij schrijft, dat neerlandici en studenten Nederlandse Taal- en Letterkunde: ‘….. zich enkel bezighouden met het analyseren van diepgravende betekenissen van romans, totdat zij een vermeende symbolische betekenis hebben gevonden die de auteur erin wilde stoppen’. Het lijkt erop, dat Eus alleen een paar werkcolleges Analyse Proza gevolgd heeft? Hij beweert om deze reden met zijn studie Nederlands gestopt te zijn. Geloof ik niet. Hoeft niemand te geloven. Is ook niet waar. Hij is gestopt met die studie, omdat hij twee contracten bij zijn huidige uitgeverij kreeg en de studie niet (meer) nodig dacht te hebben. En,…….. Eus blijft de typische macho Turk, die gelooft alles te zijn, alles te weten, alles te kunnen en alles alleen aan zichzelf te danken te hebben. Jammer, want Eus heeft door z’n studie niet af te maken heel veel gemist. Ik doe een greep: Analyse Drama, Proza (grotendeels) en Poëzie; Middelnederlandse Letterkunde en – Grammatica, Literaire Theorie; Literaire Stromingen 20ste eeuw; 16de, 17de, 18de, 19de -eeuwse Letterkunde; Zinsontleding (taal- en redekundig); Inleiding en Geschiedenis van de Nederlandse Taalkunde; Fonetiek en Fonologie; Universele Taalkunde; Taalbeheersing; Linguïstische Pragmatiek, Sociolinguïstiek en Psycholinguïstiek; L.S.B. (Literatuur Sociologische Benadering); Stilistiek; Taalgedragswetenschap; Vakdidactiek; Dialectologie; Dialectgeografie; Historische Taalwetenschap; Kind en Taal; Historische Grammatica, Moderne Letterkunde; Dramatologie; Algemene Literatuurwetenschap; Literatuur Geschiedenis; Jeugd- en Kinderliteratuur; Retorica; Literaire Genres; TGG-syntaxis ( Noam Chomsky, inmiddels ruimschoots achterhaald); Lexicologie; Etymologie; Semantiek en ik vergeet zeker nog het een en ander, maar als voorbeeld voor wat Eus gemist heeft is dit zeker afdoende.
Ik wil nog twee dingen kwijt. Aan Eus. Wanneer je niet veel tot heel weinig van iets weet, ben dan in dezen bescheiden in je uitlatingen. Wanneer je van iets heel weinig tot helemaal niets weet, doe er in dezen wijselijk het zwijgen toe. Het zal je sieren. Aan alle anderen én Eus. Neem eens ‘Het spel en de knikkers’ I & 2 (van Calis, Huygens en Veurman); ‘Literaire Kunst’ en ‘Literatuur, Geschiedenis en Bloemlezing’ 1 & 2 van Fernand Lodewick; ‘Handboek tot de Geschiedenis der Nederlandse Letterkunde’ van Gerard Knuvelder, andere bloemlezing of (hand)boek over een van de andere bovenstaande literaire en taalkundige disciplines ter hand en ter lezing . Werkelijk, dat beloof ik, er zal een wereld voor u opengaan.
Jan Thijssen